Ze zijn van vlees gemaakt
Een kort verhaal door Terry Bisson
‘Ze zijn van vlees gemaakt.’ ‘Vlees?’
‘Vlees. Ze zijn van vlees gemaakt.’ ‘Vlees?’
‘Geen twijfel aan. We hebben er een paar opgepikt vanaf verschillende delen van de planeet, hebben ze aan boord genomen in onze verkenningsvaartuigen, en helemaal gesondeerd. Ze zijn volledig van vlees.’
‘Dat is onmogelijk. Hoe zit het met de radiosignalen? De boodschappen naar de sterren.’
‘Ze gebruiken de radiogolven om te pra- ten, maar de signalen komen niet van hen. De signalen komen van machines.’
‘Wie heeft dan de machines gemaakt? Daar willen we mee in contact komen.’
‘Zij hebben de machines gemaakt. Dat probeer ik je steeds te vertellen. Vlees heeft de machines gemaakt.’
‘Dat is belachelijk. Hoe kan vlees een machine maken? Je vraagt me in bewust vlees te geloven.’
‘Ik vraag het je niet, ik vertel het je. Deze schepsels zijn het enige bewuste ras in de sector en ze zijn van vlees gemaakt.’
‘Misschien zijn ze als de Orfolei. Je weet wel, een op koolstof gebaseerd rationeel we- zen dat een vleesstadium doormaakt.’
‘Niet dus. Ze worden als vlees geboren en sterven als vlees. We hebben een aantal van hun levensduren bestudeerd, en die wa- ren niet zo lang. Heb je enig idee van de le- vensduur van vlees?’
‘Doe me een lol. Oké, misschien zijn ze maar gedeeltelijk van vlees. Je weet wel, als de Weddilei. Een vleeshoofd met hersenen van elektroplasma erin.’
‘Niet dus. Daar hebben we aan gedacht
omdat ze vleeshoofden hebben zoals de Weddilei. Maar ik zei het toch, we hebben ze gesondeerd. Ze zijn door en door van vlees.’
‘Geen hersenen?’
‘O, er zijn wel degelijk hersenen. Alleen zijn de hersenen van vlees gemaakt!’
‘Dus… wat denkt er dan?’
‘Je snapt het niet, hè? De hersenen doen het denken. Het vlees.’
‘Denkend vlees! Je vraagt me om in den- kend vlees te geloven!’
‘Ja, denkend vlees! Bewust vlees! Lief- hebbend vlees. Dromend vlees. Het vlees is alles! Zie je het voor je?’
‘O God. Je meent het serieus. Ze zijn van vlees gemaakt.’
‘Hèhè, ja. Ze zijn inderdaad van vlees gemaakt. En ze proberen al bijna honderd van hun jaren contact met ons op te nemen.’
‘En wat wil het vlees?’
‘Eerst wil het met ons praten. Dan neem ik aan dat het het heelal wil verkennen, con- tact opnemen met andere bewusten, ideeën en informatie uitwisselen. Het oude liedje.’
‘Worden wij geacht met vlees te gaan praten?’
‘Dat is het idee. Dat is de boodschap die ze via radiogolven uitzenden. “Hallo. Is daar iemand? Iemand thuis?” Dat soort dingen.’
‘Dus ze praten echt. Ze gebruiken woor- den, ideeën, concepten?’
‘O ja. Alleen doen ze dat dus met vlees.’
‘Maar je vertelde me daarnet toch dat ze radio gebruiken?’
‘Dat doen ze ook, maar wat denk je dat er op de radio is. Vleesgeluiden. Je weet wel, wanneer je vlees mept of flapt dat het een geluid maakt? Ze praten door hun vlees te- gen elkaar te flappen. Ze kunnen zelfs zin- gen door lucht door hun vlees te persen.’
‘Allemachtig. Zingend vlees. Dit gaat echt te ver. Dus wat stel je voor?’
‘Officieel of onofficieel?’
‘Beide.’
‘Officieel wordt van ons verwacht dat we
contact opnemen, verwelkomen, en inlog- gen bij alle bewuste rassen of multiwezens in het kwadrant, zonder vooroordeel, angst of voorkeur. Onofficieel stel ik voor dat we de opnames wissen en het hele zaakje ver- geten.’
‘Ik hoopte al dat je dat zou zeggen.’
‘Het lijkt gemeen, maar er zijn grenzen. Willen we echt contact maken met vlees?’
‘Ik ben het honderd procent met je eens. Wat valt er te zeggen? “Hallo vlees. Hoe gaat het?” Maar zal het lukken? Met hoeveel
planeten hebben we te maken?’
‘Eentje maar. Ze kunnen naar andere
planeten reizen in speciale vleescontainers, maar ze kunnen daar niet leven. En omdat ze vlees zijn kunnen ze alleen door C-ruimte reizen. Wat hen beperkt tot de snelheid van het licht en de mogelijkheid dat ze ooit contact maken heel gering maakt. Oneindig klein zelfs.’
‘Dus we doen net of er niemand thuis is in het heelal.’
‘Precies.’
‘Wreed. Maar je zei zelf al, wie wil er vlees ontmoeten? En degenen die we aan boord van onze schepen hebben gehad, degenen die je hebt gesondeerd? Weet je zeker dat die het zich niet zullen herinneren?’
‘Die zullen in dat geval worden aangezien voor halvegaren. We zijn in hun hoofd geweest en hebben hun vlees gladgestreken zodat we voor hen alleen een droom zijn.’
‘Een droom voor vlees! Wat merkwaardig toepasselijk, dat we een vleesdroom zouden zijn.’
‘En we kunnen deze sector als onbewoond markeren.’
‘Goed. Mee eens, officieel en onofficieel. Zaak gesloten. Nog anderen? Interessante figuren aan die kant van de Melkweg?’
‘Ja, een vrij verlegen maar lief waterstofkern clusterwezen op een categorie negen ster in de G445-zone. Heeft twee galactische rotaties geleden contact gehad, wil weer bevriend worden.’
‘Ze draaien altijd bij.’
‘En waarom niet? Stel je voor hoe onverdraaglijk, hoe onzegbaar koud het heelal zou zijn als je helemaal alleen was.’