Plenty of Nothing | Beppe Kessler

De grond is kaal, de bomen zijn leeg; alles lijkt tot stilstand gekomen. Maar toch, wat we de natuur ook allemaal aandoen, wanneer de zon in het begin van het jaar aan warmte wint, begint het te knisperen en broeien in de bodem, gonst en stroomt het in het hout. Bij de eerste overvloed aan voorjaarsbloemen, valt de bloesem van de iep ternauwernood op. Zo gauw de zomer echter in de lucht hangt, zijn de iepen niet te missen. Ze veroorzaken een ware ‘lentesneeuw’: miljoenen zaden kiezen het luchtruim om het voortbestaan van de boom garanderen. In Amsterdam is het een fenomeen, de stad herbergt – uniek in de wereld – tienduizenden iepen en het hele centrum raakt voor korte tijd vergeven van hun vederlichte zaadjes. Ze wervelen in de wind, vormen een verend tapijt over zowel stoep als straat; ze doen geslaagde pogingen om tot ver achter de voordeur vaste grond onder de voet te krijgen. Ze zijn daarnaast ook verantwoordelijk voor verstoppingen in goten en afvoeren, en verworden tot een glibberige massa zodra het begint te regenen… De iep is even Amsterdams als de kunstenaar Beppe Kessler die in de stad woont en werkt, ze vond het hoog tijd voor een eerbetoon. Met haar scherp oog voor detail en visuele zeggingskracht raakte ze geïntrigeerd door de nuances tussen jonge, volgroeide en verschrompelende zaadjes en de diversiteit aan vormen: binnen de gemeentegrenzen bevinden zich wel veertig verschillende soorten iepen! Naast een serie van 50 broches die elk één zaadje bevatten, maakte ze ook complexere, associatief rijkere stukken waarin bijvoorbeeld ook boombladeren, gras en hout zijn opgenomen. Opnieuw weet Kessler met dit werk schijnbaar nederig, veelal onopgemerkt, blijvend materiaal te transformeren tot oogstrelende objecten, die niet alleen een sieraad zullen zijn voor de toekomstige drager, maar ook visueel blijven intrigeren en verleiden.

(Het project wordt mede ondersteund door AFK Amsterdamse Fonds voor de Kunst)

Ward Schrijver
(© Galerie Rob Koudijs)