Chillida in de Rijksmuseumtuinen

Tien metershoge sculpturen van de Spaans-Baskische kunstenaar Eduardo Chillida (1924-2002) zijn deze zomer in de Rijksmuseumtuinen te zien. Chillida geldt als een van de belangrijkste naoorlogse vernieuwers van de beeldhouwkunst en werd vooral bekend om zijn stalen sculpturen.

In de tentoonstelling Chillida in de Rijksmuseumtuinen is een verzameling van tien uitzonderlijke sculpturen uit verschillende periodes te zien, exemplarisch voor zijn ideeën over volheid en leegte, interieur en exterieur, zwaartekracht en balans. Hoogtepunten zijn Arco de la Libertad (1993) en Homenaie a Calder (1979). Arco de la Libertad droeg Chillida op aan de vrijheid, wat wordt gesymboliseerd door de ruimte in het werk. Homenaie a Calder is een ode aan de Amerikaanse kunstenaar Alexander Calder en zijn Mobiles. Net als Calder speelde Chillida met het concept zwaartekracht. Chillida maakte meerdere hommages aan mensen met wie Chillida zich verwant voelde, zoals de Spaanse schilder Manolo Millares en de couturier Cristobal Balenciaga. Beide beelden zijn te zien in de tuinen van het Rijksmuseum. Ook wordt een sculptuur uit de beroemde serie Peine del viento getoond. In deze serie lijken de stalen ‘haren’ in de wind te wapperen.

Eduardo Chillida (1924-2002) begon zijn carrière als profvoetballer maar schakelde, door een blessure, over naar een studie architectuur en en volgde later een tekenopleiding in Parijs. In het Louvre raakte Chillida geïnspireerd door de Griekse beeldhouwkunst. Hij maakte aanvankelijk sculpturen met traditionele materialen als hout en albast. Later, toen hij was teruggekeerd naar Baskenland begon hij te werken met staal. Zo kon hij het donkere licht van zijn geliefde land vatten.