BLOG

De wereld als je studio | Deel I – Jorge Mañes Rubio

Door Redactie See All This | juni, 2019

In De wereld als je studio lees je de verhalen van kunstenaars voor wie het reizen, het ontdekken van nieuwe plekken, een fundamenteel onderdeel is van hun werk. Jorge Mañes Rubio, kunstenaar en TED Senior Fellow, is altijd op zoek naar een diepe verbinding met plekken en mensen over de hele wereld: “Ik wil de symbolische rituelen, artefacten en beelden die mensen op een dieper niveau moet verbinden, opnieuw uitvinden.” Onlangs reisde hij naar El Tajín, een stad in Mexico die sinds de eerste eeuw wordt bewoond, en ontdekte daar de essentie van zijn kunstenaarschap. 

Tekst: Jorge Mañes Rubio

Stad van de donder

Op zijn hoogtepunt, van 800 tot 1200 n. Chr. was El Tajín een van de machtigste en belangrijkste steden in Meso-Amerika. Het bleef meer dan vijf eeuwen lang onberoerd – en gelukkig misten de eerste Spaanse conquistadores het – tot het in 1785 werd herontdekt.

Tegenwoordig is de ‘Stad van de Donder’ een van de belangrijkste archeologische plaatsen in Mexico. Het is een prachtig voorbeeld van pre-Spaanse architectuur waarin een complexe kosmologie ingebed is. Wie El Tajín bouwde is niet duidelijk, wel zien we invloeden van Teotihuacán, Oaxaca en zelfs de Maya’s, maar tegenwoordig heeft de inheemse Totonaakse bevolking zich dit oord toegeëigend als haar eigen spirituele thuis.

Jorge Mañes Rubio, Don Ramón, from the Tajín series, 2019, giclée print

Inheemse kennis

Afgelopen maart reisde ik naar El Tajín om drie weken door te brengen in het Centro de Artes Indígenas (CAI), een uniek kunstcentrum dat door UNESCO geprezen is als een van de beste manieren om het ontastbare culturele erfgoed veilig te stellen. In verschillende schoolhuizen wordt hier de inheemse kennis geconserveerd en overgedragen aan de toekomstige generaties. Van traditioneel helen en pottenbakken tot weven en dansen, of het ‘bloemrijke woord’, de inheemse taal van de Totonaken.

“Ons verzoenen met de historische situatie waarin we moesten leven is niet gemakkelijk,” vertelt Humberto García, de directeur van het CAI, “want er is pijn, verdriet, woede en vreugde. Leren te vergeven, vooruit te kijken, dat is een immense uitdaging.” Dit jaar markeert de vijfhonderdste verjaardag van de aankomst van Hernán Cortés, de Spaanse conquistador, in Mexico. Het was geen toeval dat tijdens mijn verblijf in het CAI, de president van Mexico, Andrés Manuel López Obrador, publiekelijk aan Spanje en de paus vroeg om achterstallige verontschuldigingen voor de verovering.

Terwijl woorden als wreedheid en mishandeling nog steeds vermeden worden in de Spaanse geschiedenisboeken, verwijst Humberto naar zijn eigen ervaring: “kinderen werd verteld dat ze zich te moesten schamen omdat ze Totonaaks waren. Het kwam van onze eigen academische instituten. In de jaren vijftig tot zeventig werden in heel Mexico inheemse naties afgeranseld, gedefragmenteerd; onze eigen bestuurlijke en politieke autoriteiten werden vernietigd. Zelfs onze rituelen werden ontsmet. We moesten beginnen met wat er over was, en vanuit daar onze cultuur herstellen. We wisten niet welk pad we moesten volgen, maar we wisten dat herstel nodig was.”

Jorge Mañes Rubio, Ofrenda, from the Tajín series, 2019, giclée print

Praten tegen klei

Het CAI heeft zijn eigen educatieprogramma gemaakt, gebaseerd op een simpele methode: praten met en leren van de abuelos (grootouders), de bewaarders van de Totonaakse cultuur. Humberto groeide op in El Tajín, verhuisde naar de stad en haalde zijn universitaire graad. “Ik ken het academische model, het globale model. Ze wilden datzelfde model hier toepassen, maar dat is niet hoe de dingen werken. We willen niet opnieuw gekoloniseerd worden.” Bij het CAI leerde ik iets wat je nergens online of in een studieboek kunt vinden. De enige manier om deze kennis te verwerven is om erheen te gaan, een gift mee te nemen (koffie, brood), en met de abuelos te praten. Het is net als wanneer iemand je uitnodigt in zijn of haar huis, zo simpel is het.

Totonaakse kunst en wetenschap draaien om een spiritueel proces. Iedereen heeft een ster, een geschenk, en bij het CAI moedigen ze die ster aan en onderhouden ze die. Er is een heiligheid die alle activiteiten hier bezielt. Pottenbakkers vragen elke ochtend om toestemming en vergeving aan Moeder Natuur in een plechtig ritueel, omdat ze letterlijk een klomp klei van haar verwijderen, hopend iets groters te creëren dan alleen maar een pot of een kom. Ze praten tegen de klei voor ze het zelfs maar aanraken. Hun energie, hun emoties, hun hele ziel gaat op in hun kunst, of ze nu dansen, koken of helen.

Jorge Mañes Rubio, Voladores, from the Tajín series, 2019, giclée print

Verbondenheid

Het is vier uur in de ochtend en terwijl ik dans in de regen voor de piramides, de goden van de Totonaken vraag om hun zegen en ik deelneem aan een ritueel waar ik zo goed als niets van afweet, voel ik precies op die plek, de onderlinge verbondenheid van alle levende dingen. Ik begrijp dat mijn kunstenaarschap een voertuig is op weg naar iets groters dan mijzelf; dat de meest elementaire menselijke elementen heel lokaal en tegelijkertijd alomtegenwoordig zijn.

 

Jorge Mañes Rubio, Untitled #1 (Vessel), From the Peak of Eternal Light series, 2017, 20 x 18 x 17 cm, mylar, lunar regolith simulant (prijs op aanvraag) A vase created with Moon dust and aerospace materials to be used during sacred ceremonies on the South Pole of the Moon.

 


Lees meer over Jorge Mañes Rubio hier.

Het werk van Jorge Mañes Rubio was ook te zien tijdens See All This Space 2018. Een Japanse filmploeg kwam langs, en interviewde hem hierover:

 

Reacties op De wereld als je studio | Deel I – Jorge Mañes Rubio

laat een reactie achter

Uw beoordeling