Muzenkoppels #6 | Simone de Beauvoir & Jean-Paul Sartre

In aanloop naar het verschijnen van het grote ‘Zomer van de Liefde‘-nummer van See All This, delen we elke dag een klassiek muzenpaar. Vandaag: de filosofen Simone de Beauvoir & Jean-Paul Sartre.

tekst: Daan Heerma van Voss

Simone de Beauvoir, misschien wel de moeder van het moderne feminisme, en Jean-Paul Sartre, de vader van het existentialisme. Ze ontmoetten elkaar in 1929, op de École Normale Supérieure. Zij was eenentwintig, hij achttien. Al in de vroege dagen van hun romance werd duidelijk dat geen van beiden behoefte had aan een conventionele ‘bourgeois’ relatie.

Ze mochten alles, deden alles

Ze formuleerden, in hun woorden, een ‘transparantiepact’. Allebei zouden ze affaires, relaties en scharrels opduikelen, maar ze zouden altijd bij elkaar terugkomen. Ze mochten alles, deden alles, vertelden alles. Tijdens de oorlog moest Sartre naar het front. Zijn afwezigheid viel De Beauvoir niet makkelijk, al benutte ze de tijd goed; ze schreef haar eerste boek in 1938 en haar tweede in 1943, om vervolgens in 1949 De Tweede sekse te publiceren, haar grote werk waarin ze pleit voor de economische onafhankelijkheid van de vrouw.

Het roer radicaal omgooien

Op zijn manier bevocht Sartre ook onafhankelijkheid, namelijk existentiële onafhankelijkheid. Als een van de vormgever en leidsmannen van het existentialisme bepleitte Sartre dat elk mens volledig verantwoordelijk was voor de koers van zijn leven, dat uit miljoenen keuzes zou bestaan, groot en klein. Op elk moment op elke dag uit je leven kon je het roer radicaal omgooien. En dat deden ze allebei geregeld, Simone en hij, maar dan wel zij aan zij. Jean-Paul Sartre en Simone de Beauvoir zijn naast elkaar begraven in Parijs.

Mogen we nog van de muze houden? Lees hier.

Koop See All This magazine #18 ‘Zomer van de Liefde 2020’ hier.