De kunstwereld neemt zichzelf graag serieus. Misschien niet eens zozeer de kunstenaars zelf, want sommigen onder hen praten met een verrassende lichtheid over hun eigen werk, maar toch zeker wel de kenners, de critici, de curatoren, en (laten we de hand ook in eigen boezem steken) de kunstredacteuren. Al die serieuze fronzen in voorhoofden, al dat dure taalgebruik, al dat plechtige gedoe met witte handschoentjes, al die etiquette die rondom een tentoonstelling hangt… het is allemaal perfect om belachelijk te maken. En dat is wat een hele reeks comedians heeft gedaan. Van Ali G tot Louis CK en van Absolutely Fabulous tot Little Britain. Vandaag kijken we op See All This naar de leukste kunstfragmenten uit comedy-series.
Kunst gaat vaak over onze grootste vragen en onze diepste verlangens – dus kunst ís ook een serieuze aangelegenheid. De zin van het bestaan, de kracht van liefde, de wens om te begrijpen… Dat we daar respect voor hebben, dat we daar voorzichtig mee zijn, en dat we dat koesteren, is vanzelfsprekend. Maar té veel respect, té veel omzichtigheid, té veel etiquette, leidt er ook toe dat kunst iets elitairs wordt. Dat je er niet meer zo veel over mag zeggen als je er geen verstand van hebt. Dat gevoel krijg je meteen als je Ali G in gesprek ziet met Charles Allsopp van veilinghuis Christie’s.
‘Is art more about drawing, or is it more about coloring in?’ vraagt Ali G. Je verslikt je direct in je koffie. Zo’n vraag kun je niet stellen! Je brein wil de vraag nog interpreteren als een metafoor; de kunst kleurt het leven in… wat mooi gezegd! Maar de opluchting is van korte duur…
Geen verstand van zaken hebben lijkt een doodzonde in de kunstwereld. ‘I wanna buy some art’, zegt een vrouw in Absolutely Fabulous als ze een galerie binnenloopt. Ze maakt er een handgebaar bij dat meteen duidelijk maakt dat ze niet is geïnteresseerd in een specifiek kunstwerk of een bepaalde kunstenaar. ‘I just want to get some’, voegt ze eraan toe, enigszins ongeduldig, alsof kunst iets is dat je per kilo koopt.
Ook in Little Britain wordt duidelijk dat bij kunst een specifiek taaltje hoort. Lou en Andy brengen een bezoek aan de National Gallery in Londen, en Lou herinnert Andy aan een zeer respectabele beschouwing op het werk van Raphaël die Andy ooit uitgesproken zou hebben. Of dat echt zo is, wordt uiterst twijfelachtig als Andy vraagt waar de schilderijen met naakte vrouwen zijn.
Iets is pas grappig als je je ermee kunt identificeren, en het is dan ook tekenend dat de meeste comedians voor hun sketch kiezen voor het perspectief van de bezoeker. De kunstwereld staat voor menig tv-kijker kennelijk zo ver weg, of is zo ongrijpbaar, dat alleen de absolute naïviteit van de niet-kenner lijkt te werken. Slechts een enkele keer wordt het andere perspectief gekozen, zoals in French & Saunders, waarin ditmaal de eigenaressen van een galerie worden gepersifleerd. De hautaine dames zijn zo ingenomen met zichzelf, dat ze notabene de deur op slot doen voor bezoekers en zelfs de kunstenaar niet over de vloer willen hebben.
Misschien moet je frequent in galeries zijn geweest om de scène uit French & Saunders echt te kunnen waarderen. De Amerikaanse stand-up comedian Louis CK kiest in zijn serie Louie veilig voor het perspectief van de bezoeker. Hij loopt door een museum vol moderne kunst – duidelijk onzeker over wat hij van de tentoonstelling moet vinden. Het gevoel van niet-begrijpen is zo duidelijk, dat je zelfs als kijker gaat twijfelen… is dit echt? Hebben ze dit gefilmd in een museum met echte kunst? Of is het allemaal bedacht door Louis zelf, en door decorbouwers in elkaar gezet? Zie ik nou kunst, of een parodie op kunst?
Onwetendheid lijkt een schande in de kunstwereld, maar er is één ding erger… en dat is fysiek contact met een kunstwerk. Zeker van een kunstwerk dat in een museum aan de muur hangt, blijf je af – en bij voorkeur blijf je ook op eerbiedige afstand. Rowan Atkinson breekt wat dat betreft alle taboes in de film Bean, als hij voor Arrangement in Grey and Black No. 1 – beter bekend als Whistler’s Mother – staat. Hij niest erop, probeert zijn snot eraf te vegen met een zakdoek waar per ongeluk inkt uit een vulpen op terecht is gekomen, probeert de vlek schoon te maken maar maakt het allemaal maar erger, breekt in zijn pogingen het schilderij uit de lijst, gaat er in paniek ook nog bovenop staan… kortom, een volledige ramp. Maar de genadeklap heeft Rowan Atkinson eigenlijk al uitgedeeld in de eerste seconden van de scène, als hij verveeld op het schilderij afstruint – en vervolgens meer belangstelling heeft voor de lijst dan voor het werk zelf. Alles wat daarna komt, is hooguit een escalatie van die ene doodzonde: niet weten waar je naar moet kijken.
Reacties op Lachen om kunst