10 jaar See All This

‘Vind je het een leuk feest?’

Speech van Nicole Ex, 6 December 2025, Felix Meritis Amsterdam
Nicole Ex tijdens haar speech, The Dinner Party, See All This, 6 december 2025
Fig 1. Nicole Ex tijdens haar speech, The Dinner Party, See All This, 6 december 2025 | foto: Katerina Bezede

‘Toen de eekhoorn nog lag te slapen, blies de wind een brief onder zijn voordeur. De eekhoorn hoorde het geritsel van het papier, sprong uit bed en maakte de brief open. Het was een kleine, grijze brief en hij rook een beetje zuur.

Beste eekhoorn,
Hierbij nodig ik je uit voor mijn feest. Het is een heel klein feest. Ik nodig niemand anders uit. Kom je zo meteen?
Mossel’

Het is een fragment uit Toen niemand iets te doen had. Alleen al door die titel viel er iets in mij languit achterover in het gras. Toen niemand iets te doen had. Op het feestje van de twee vrienden golfde het warme zeewater rondom de staart van Eekhoorn en tegenover hem deinde de Mossel heen en weer aan de vloedlijn. Ze deelden een stukje zoethout. En het was een hele tijd stil toen de Mossel vroeg: ‘Vind je het een leuk feest?’

We hebben 180 grijze brieven gestuurd – wat is het anders dan een kwestie van schaal – en we zijn als een weekdier zo tevreden dat je bent gekomen naar de rand van het water aan de Keizersgracht, naar het achttiende-eeuwse cultuurhuis Felix Meritis, in de eivormige ruimte waarvan de akoestiek zo uniek is dat de Kleine Zaal van het Concertgebouw uit 1888 er een kopie van is. Het ei. De basis van een uitstekende omelet. Het ei. Van waaruit alles begint.

Toen ik hoogstpersoonlijk uit mijn ei kroop, waren mijn tweelingzus en ik zo klein dat we voor zes weken van onze moeder en elkaar gescheiden in een couveuse werden gelegd. Misschien ben ik daardoor van nature niet zo’n feestbouwer of feestvierder, en is daarom het feest van de mossel me altijd bijgebleven. Maar wie je hoegenaamd ‘bent’ hoef je natuurlijk niet te blijven. En dus ben ik op wonderlijke wijze aan het hoofd van deze uitgestrekte tafel beland, als host. ‘Een host,’ schrijft Jessica Collins in ons jubileumnummer: ‘is een universum: een verbinder die mensen samenbrengt en een bedding biedt waarin iets kan ontstaan wat er eerder niet was.’ Oké…

The Dinner Party, 6 december 2025, Felix Meritis Amsterdam | foto: Katerina Bezede
Fig 2. The Dinner Party, 6 december 2025, Felix Meritis Amsterdam | foto: Katerina Bezede

Vanavond hebben we ons verzameld aan een 70 meter lange tafel, gedekt met Belgisch tafellinnen met de mensfiguren getekend door Eva Bartels. Met boven ons de bloemengeest van de Cecilia Fiona What a Joy to Live Above and Below All at Once (2025), een werk waarvoor afgelopen weken hemel en aarde zijn verzet. Het is een lelie, die in haar woorden ‘een ceremoniële setting’ creëert. De lelie staat sinds de Egyptische oudheid voor zuiverheid en wedergeboorte – voor dood en een nieuw begin. En over dingen die uit hun as verrijzen, wil ik het vanavond met je hebben. Maar we hebben geen haast, want dit is een live podcast van 20 minuten.

Vanavond vieren we tien jaar See All This met de lancering van #40, een nummer met onze Parijse gastcurator en chef Mory Sacko: Cooking is Caring. Een motto dat zijn overtuiging uitdrukt, want van alle ingrediënten die moeten kloppen, zegt Mory, is er één ingredient dat onmisbaar is: intentie. Het ten diepste voor de ander willen zorgen in die intentie voor hem.

Forecaster Lidewij Edelkoort interviewde hem in zijn sterrenrestaurant MoSuke, bij haar om de hoek in Montparnasse. Na dat gesprek belde ze me op terwijl ik op station Utrecht liep en mijn pas tegen het poortje hield: ‘Ik heb nog nooit iemand ontmoet zoals hij,’ zei ze opgetogen. ‘Ik meen dat dit het nieuwe menstype is – goed, genereus en bescheiden.’ Mory is in de keuken, maar Emilie Rouquette, Mory’s vrouw en directrice Generale Groupe Mory Sacko, wil misschien deze lof voor hem, zijn familie én voor haar wel in ontvangst nemen. Want van een unieke soort worden, doe je niet alleen!

Een nummer over eten maken was niet van ons idee. Het is een idee Rafi Shibolet. De kunsthistoricus en reisagent die ik op een dag tegenkwam op een opening. Hij vond See All This een ‘geweldig initiatief’, zei hij, waarvoor hij meteen ook een ‘fantastisch idee’ had.
‘Ideeën hebben, is ons probleem niet,’ lachte ik terwijl ik de kleine enthousiaste man in me opnam. Ik had sleetse distributiesystemen, torenhoge papierprijzen en een haperend PostNL aan mijn hoofd, maar hij ging onverstoorbaar verder: ‘Jullie moeten een nummer maken over de kracht van eten, want het delen van geurende en dampende gerechten kan ons samenbrengen,’ zei hij, ‘ons voorbij de culturele grenzen tillen en de grenzen in onszelf.’
‘Waarom kom je met je lezers niet naar Israël en Palestina?’ nodigde hij me uit. Er is in deze regio op culinair vlak iets ongelooflijks aan de hand – een vrijwel volledig plantaardige keuken met onwaarschijnlijke smaken door die smeltkroes aan culturen. Hij had me waar hij me hebben wilde: ‘Goed,’ zei ik, ‘laten we dat doen.’ Het was september 2023. Een paar weken later brak de verwoestende oorlog uit. En de rest is géén geschiedenis, maar een nieuwe open wond in een verwonde wereld.

Tijdens de avontuurlijke reis die we afgelopen tien jaar als team met See All This hebben gemaakt, ging mijn persoonlijke zoektocht uit naar het vinden van een hazenpad, weg van die destructieve snelweg waarop we razen. Ik bezocht kunstenaars van wie ik vermoedde dat ze een sleutel in handen hadden, een cijfer van het codeslot, types die de intuïtie en verbeelding hadden om om te denken en nieuwe wegen in te slaan.

Het is door hen dat ik gelukkiger, wijzer en hoopvoller ben dan tien jaar geleden. Het is ook door hen dat See All This zich ontwikkeld heeft van een kunstblad, naar een magazine over kunst en natuur, naar een beweging die een zachte revolutie voorstaat van bewust kijken en samenhang.

Een aantal van die kunstenaars, zouden onze gastcuratoren worden  de allerbeste beslissing voor lezers en team. Het begon met Catherine de Zegher en #20, ons eerste deel van de uiteindelijk driedelige serie Pretty Brilliant Women in the Arts. Van haar leerden met twee ogen naar kunst kijken. We hadden altijd met één oog dicht gekeken, want de kunsthistorische canon bleek uit louter mannen te bestaan. Door haar traden we toe tot het schaduwrijk van vrouwelijke makers, die blijven creëren, ook als niemand kijkt.

Nomadisch fotograaf Iwan Baan (#22) nam ons mee naar de meest hoopvolle plekken op aarde. Hij legt vast hoe het uiterlijk van de wereld verandert en heeft een netwerk van vrienden en locaties over de hele wereld. Ik kan me geen voorstelling maken van hoe groot de impact van zijn oeuvre zal zijn op volgende generaties.

Achter de zachte wolwereld en het tactiele werk van kunstenaar Claudy Jongstra (#24) bleek een spinning wheel van daadkracht, kennis en activisme, Claudy zelf. Een ultiem voorvechter voor een nieuwe wereld.

Door tuinontwerper Piet Oudolf (#30) ontdekten we dat planten karakters hebben die elkaar kunnen versterken of verstikken. En dat je dus planten naast elkaar moet zetten die het goed met elkaar kunnen vinden, meer dan dat je op kleur, vorm of bloeitijd let. Precies als bij mensen eigenlijk. Van het karakter van Piet zelf leerden we dat natuur en ego niet samengaan. Ego groeit alleen in de stad. Mensen die dagelijks de grootsheid van de natuur ondergaan, buigen in eerbied.

‘Home is where affection resides,’ leerde architect en kunstenaar Bijoy Jain (#32) in een nummer over de betekenis van thuiskomen. Zijn onwereldse handgemaakte architectuur lijkt eerder archeologisch dan hedendaags, zo verweven is het in de structuur van het landschap.

Forecaster Lidewij Edelkoort (#34) leerde ons dat het niet lang meer duurt voordat de mensheid een nieuwe reden van bestaan moet vinden, dat werk binnenkort onze identiteit niet meer bepaald. En dat dingen met de hand die purpose wel eens zouden kunnen zijn.

Van dichter David Whyte (#36) leerden we dat het mogelijk is: het onnoembare verwoorden zonder dat het zweverig wordt. Zoals jij naar de wereld kijkt, kijkt de wereld naar jou terug, meent Whyte. Dus laat je aan die wereld zien.

Op dit moment werken we al aan het zomernummer van 2026. Een nummer met als thema The Body – The Political and the Sensual. Een nummer dat we maken met niemand minder dan kunstenaar en schrijver Marlene Dumas. ‘Vorm is inhoud’, leert ze ons nu al.

In mijn zoektocht naar de heilige graal wil ik nog twee kunstenaars uitlichten, waarvan actrice Tilda Swinton mijn allerlaatste aanwinst is. Sarah en ik hoorden haar spreken op de persconferentie van haar tentoonstelling Ongoing in het Eye Filmmuseum. Had Li een ‘openbaring’ toen ze Mory ontmoette, ik had die bij het zien en horen van die buitenaardse, soevereine Swinton.

Ze reist als Cultural Ambassador voor Chanel de wereld over naar de ateliers van jonge kunstenaars en ze was tot de onthutsende conclusie gekomen dat ze allemaal, waar dan ook ter wereld, vechten met hetzelfde beest: eenzaamheid. Ze had er geen verklaring voor, wel een oplossing. En daarbij putte ze uit haar eigen beroepspraktijk. Een film wordt door vele mensen gemaakt, komt tot stand binnen het voedende, scheppende proces van een collectief. Het is waar. Niets is zo fijn als samen dingen maken.

In de kunstwereld overheerst helaas nog het twintigste-eeuwse idee dat kunst een expressie zou zijn van de allerindividueelste emotie die vorm krijgt tussen de vier kale wanden van je eigen atelier. Een stereotype, waar de Picasso’s van deze wereld bij gedijden, maar waar we met vaart afscheid moeten nemen. Van elke mal trouwens. Van elk vaststaand idee over je eigen identiteit of die van de ander.

Dat brengt me op de macht van de gedachte en de onmacht van taal. En dat brengt me herman de vries. Nooit eerder heb ik iemand geïnterviewd die volledig open en doorlaatbaar was. ‘Ik ken geen ‘geheimenisssen’, zei hij. Hij sprak de waarheid. Hij leeft met zijn vrouw in zijn oude school aan de rand van het Steigerwald, zijn geliefde beukenbos in Eschenau, Duitsland. En dit is wat de inmiddels 92-jarige Zero-kunstenaar zei:
‘De grootste kwaliteit van de beeldende kunst is dat die iets kan formuleren dat niet in taal te vatten is. Daardoor heeft kunst het vermogen het basisprincipe van de wereld voelbaar te maken: éénheid. Taal isoleert dingen van elkaar. Neem het woord “perfect”. In taal moeten we daar iets tegenoverstellen, iets dat “imperfect” zou zijn. Maar het zijn schijntegenstellingen. Woorden polariseren, terwijl dingen feitelijk verbonden zijn.’ Herman ging verder: ‘Alles hoort bij elkaar. Alles heeft zijn plaats en functie, anders zou het er niet zijn. Hiërarchie bestaat niet. De een ontwikkelt zich uit de ander. En dat geldt voor alles en iedereen. We komen uit elkaar voort en zijn aan elkaar gelijk: all in one – one in all.’

De lelie van Cecilia, onze bloem, The Joy to live Above and Below All at Once (2025) gaat over datzelfde eenheidsprincipe. Zo boven, zo beneden. Zo binnen, zo buiten. Het is het alchemistische principe, waarover in de zeventiende eeuw prachtige en unieke boeken werden gedrukt, waarvan een indrukwekkende collectie wordt bewaard in The Embassy of the Free Mind even verderop aan deze gracht.

Amsterdam was een unieke stad van vrijdenkers. Voorbij geloof en staat werden, werden boeken gemaakt over de synergie tussen hemel en aarde, en over de alchemistische omzetting van lood in goud. En over de omzetting van lood naar goud hebben we het hier.

In lijn met bovenstaande is alles waarvan we vinden dat moeten veranderen in de wereld, iets dat in onszelf om een verandering vraagt. Zo binnen. Zo buiten. Wij zijn als het bos en de orka’s, als de bacteriën en de wind, wij zijn een vibrerend netwerk, een mycelium gemaakt van sterrenstof, dat zich ingenieus tot elkaar verhoudt. Een netwerk met knooppunten, hubs van waaruit het netwerk zich sneller vertakt. Stel je een centraal station voor. In de buurt leven van zo’n station brengt je eigen leven makkelijker in beweging, omdat je gewoon sneller van A naar B komt.
Deze zaal zit vol hubs, centraal stations – investeerder Bob Meijer, fotograaf Anton Corbijn, wetenschapper Louise Fresco, curator Philip Fimmano, forecaster Lidewij Edelkoort, fotograaf Iwan Baan en mijn man Thijs Asselbergs. Ik heb die hubs de afgelopen jaren goed in de gaten gehouden en ze delen twee opmerkelijke overeenkomsten: reislust en generositeit. Oprechte generositeit – het delen van ideeën en contacten, huizen en geld, is als een deeltjesversneller, als stroom, als licht.

Gisteren was de maan rond. Het was de laatste volle maan van het jaar, ook wel de ‘koude maan’ genoemd of ‘de maan van de lange nachten’. En een lange nacht mag het worden om in vrijheid 10 jaar See All This te vieren en de zilveren Mercur die we vorige week hebben gewonnen als Mediamerk van het Jaar. Maar we zijn vooral bij elkaar omdat dat ene en meest urgente te vieren: het vieren van de ander, waarvan de overeenkomsten vele malen groter zijn dan het verschil.

Je hebt nog één antwoord van me tegoed. Het antwoord op de vraag die, na het delen van een stukje zoethout aan de vloedlijn, door de Mossel werd gesteld:

‘Vind je het een leuk feest?’
Het duurde even voor de Eekhoorn antwoordde:
‘Ja hoor.’

 

 

Recente verhalen